GEOPENBAARD TE MAKKAH 21 verzen
Algemene opmerkingen:
Dit hoofdstuk stelt zich ten doel aan te ‘tonen, dat de Nacht des ongeloof en der onwetendheid (vandaar de titel daarvan) plaats zal maken voor het licht van de dag, want aangezien de mensen verschillende doeleinden nastreven, zullen degenen, die er naar streven het goede te bevestigen, het gemakkelijk hebben, terwijl degenen die het kwade najagen, in moeilijkheden zullen verkeren.
Biesmiellaahier – Rahmaanier – Rahiem.
In naam van Allah, de Barmhartige, de Genadevolle.
1 Bij de nacht als hij bedekt.
2 En bij de dag wanneer hij schittert,
3 En bij de schepping van man en vrouw.
4 Voorzeker, uw streven is verschillend.
5 Wat hem betreft die geeft en Allah vreest,
6 En het goede aanvaardt,
7 Wij zullen zijn weg effenen tot welslagen.
8 Maar hij, die vrekkig en onverschillig is,
9 En het beste verwerpt,
10 Wij zullen hem naar moeilijkheden leiden.
11 Wanneer hij te gronde gaat zullen zijn rijkdommen hem niet baten.
12 Voorwaar, het is aan Ons om te leiden.
13 En aan Ons is het Hiernamaals en ook deze wereld.
14 Daarom waarschuw Ik u voor het laaiend Vuur;
15 Niemand zal er binnengaan dan de rampzaligste,
16 Die loochent en zich afwendt.
17 Maar de rechtvaardige zal ver daarvan verwijderd worden.
18 Die zijn rijkdommen weggeeft om zich te louteren.
19 En niemand heeft Hem een gunst bewezen waarvoor hij moet worden beloond.
20 Maar hij die het welbehagen zoekt van zijn Heer, de Verhevene,
21 Weldra zal hij tevreden zijn.